Geen onschuldigen vast!

Ook DNA-veroordeling Louwes berust op slecht onderzoek en misleiding hof

Stand van zaken na vrijlating Ernest Louwes

Bestel het boek "Schuldig" geschreven door Ernest Louwes
Steun oproep voor een onafhankelijke RevisieRaad : 0

SchuldigInmiddels is de straf, volgend op de veroordeling van Ernest Louwes voorbij. Ook het verbod dat hem opgelegd was om met media te spreken is vervallen. Het boek "Schuldig" van Ernest Louwes kwam diezelfde dag. RTL4 besteedde een uitgebreide uitzending aan hem en Ernest verscheen in de uitzending van Pauw en Witteman.

Zowel in zijn boek als bij zijn publieke verschijningen, zoals bij zijn persconferentie, geeft Ernest Louwes aan onschuldig veroordeeld te zijn. Het "DNA-bewijs" dat tegen hem werd aangevoerd is net zo zwak als "het mes" waarop hij in 2000 is veroordeeld en waarvan de Hoge Raad in 2003 het arrest vernietigde. Daarbij is inmiddels tevens gebleken dat de vertegenwoordigers van het NFI bij het Hof in Den Bosch niet schroomden om informatie achter te houden en om over het DNA onwaarheden te verkondigen.

Op deze site treft u veel informatie aan over deze, in de geschiedenis van het Nederlandse recht, unieke zaak. Hieronder treft u een aantal (deels nieuwe) belangwekkende stukken aan over deze zaak. Een ondersteuning van de onschuld van Ernest Louwes en een bewijs van hoezeer het O.M. heeft gefaald in haar opdracht tot waarheidsvinding. Het NFI heeft die 'waarheid' naar de hand van het OM op papier gezet. Zie hoe de Amerikaanse DNA-deskundige prof. Dan Krane de zwakte van het DNA-bewijs beschrijft.

Zo zacht is het technisch bewijs tegen Louwes!

Telefoongesprek: Louwes zou gelogen hebben dat hij op de avond van de moord een kort telefoongesprek gevoerd had vanaf de A28 bij 't Harde. Het gesprek was immers opgevangen door een paal in Deventer. In dit stuk wordt aangetoond dat de combinatie van de meteorologische omstandigheden die avond en de richting van de antenne in Deventer, de lokalisatie van een GSM-gesprek zoals Louwes meldt zeker mogelijk was en dit verschijnsel tientallen keren per jaar voorkomt waarbij duizenden van dit soort 'verre' aangeklikte telefoontjes plaatsvinden.

Deze bereikmogelijkheid staat los van het feit dat een telefoongesprek op zich nooit als bewijs van een gepleegde moord kan dienen; hooguit kan vastgesteld worden wat de lokalisatie van de ontvangende zendmast was.

DNA: De locaties van het DNA dat in 2003, dus vier jaar na dato!, op de blouse van de weduwe is aangetroffen, werden begin 2004 als het doorslaggevende bewijs beschouwd dat Louwes de moord heeft gepleegd. Het NFI/Richard Eikelenboom concludeerde dat het DNA alleen maar tijdens de moord op de blouse kon zijn gekomen en het Hof nam deze conclusie over.

Inmiddels is er een grote hoeveelheid informatie beschikbaar, waaruit blijkt dat het NFI/Richard Eikelenboom die conclusie absoluut niet had kunnen en mogen trekken. De blouse van de weduwe was in die vier jaar na de moord zo onzorgvuldig behandeld dat men daarmee het grote risico heeft genomen dat DNA van Louwes, dat 's morgens op de blouse gekomen is (bij voorbeeld via speeksel dat vrij komt bij het spreken), over de blouse is verspreid. Er zijn later (bloed)vlekken op de blouse gevonden, die er nog niet waren toen de weduwe dood werd aangetroffen. Ook getuigen de de gefixeerde kreukels in de blouse de onjuiste wijze van 'veiligstellen' ervan, nl. het vochtig opslaan van de blouse. De technische recherche heeft op de Plaats Delict gebruikt gemaakt van microsporenfolie. Dat is een kleeffolie, dat d.m.v. aandrukken, afhalen, aandrukken, afhalen, enz. microsporen verzamelt voor onderzoek. Alleen al door het gebruik van microsporenfolie, voorafgaand aan DNA-onderzoek, zo stelt Prof. Dan Krane, een Amerikaanse DNA-deskundige, maakt iedere conclusie over op welk moment de aangetroffen DNA-sporen op de blouse zijn terechtgekomen op basis van locatie van de sporen, tot een slag in de lucht.

De wijze waarop het NFI in 2003/2004 met de zogenaamde controlesporen is omgegaan is representatief voor de wijze waarop het NFI naar de eindconclusie "Louwes is de dader" toe heeft geredeneerd. Het gevonden DNA op de blouse zou ook afkomstig kunnen zijn geweest van het ochtendbezoek van Louwes aan de weduwe. Het NFI echter verklaarde in 2004 dat dit niet het geval is omdat o.a. de controle sporen, die speciaal op "niet delictgerelateerde plekken van de blouse" zijn genomen om daar uitsluitsel over te geven, géén DNA bevatten. Volgens het NFI betekende dit, dat het DNA van Louwes dat op de andere plekken was gevonden wel tijdens het misdrijf op de blouse is overgebracht.

Echter, de DNA-grafieken uit 2004 tonen aan dat in die controlesporen er wel degelijk DNA van Louwes zat. De verklaring van Ing. Eikelenboom dat er zich geen mannelijk DNA in die sporen zat blijkt onwaar te zijn. Evenals de verklaring van Dr. Kloosterman die verklaarde dat er zich in die sporen zelfs geen enkel DNA zat. Ook het OM spreekt steeds over "blanco" sporen. Juist deze 'lege' controlesporen werden aangevoerd om het "ochtend" DNA als niet waarschijnlijk te bestempelen. Zo kon al het gevonden DNA van Louwes als "delict gerelateerd" worden verklaard. Als het NFI in 2004 gewoon dit DNA had gemeld aan het hof dan zou dat de kans dat het andere gevonden DNA delictgerelateerd was aanzienlijk verkleind hebben.

Ook is gebleken dat het DNA wat door het NFI gevonden was in de verschillende sporen heel erg weinig was. Dat is in tegenstelling tot hetgeen tegen het hof van Den Bosch werd gezegd. Ook op dit punt werd het hof verkeerd voorgelicht, ten nadele van Louwes.

De volgende stukken geven een goede indruk van het gebrek aan professionalisme en -helaas ook- integriteit bij het uitgevoerde DNA-onderzoek. Ze geven een sterke ondersteuning aan de claim van Louwes dat hij onschuldig is.

Maar ook nog

Prof. Ton Derksen heeft in het boek "Het O.M. in de fout" een hoofdstuk gewijd aan de Deventer Moordzaak. Hij komt tot de conclusie dat de claim van Louwes, dat hij in een file heeft gestaan bij Harderwijk, hard is en dat het O.M. bij haar onderzoek naar Louwes vele belangrijke fouten heeft gemaakt. Hij heeft toegestaan dat dit hoofdstuk hier kan worden bekeken.

Het onderzoek naar de Deventer Moordzaak laat hetzelfde patroon zien als bij de Schiedammer Parkmoord. Een waslijst van grote en kleine fouten, die door een professionele organisatie nooit gemaakt zouden mogen worden. Fouten, die de kans op verkeerde conclusies vergroten. In dit stuk staat een opsomming van 100 geconstateerde fouten. Het is een greep uit de vele fouten die er gemaakt zijn.

Recentelijk heeft Bas Haan een boek over de Deventer Moordzaak geschreven. Hij komt tot de conclusie dat Louwes wel schuldig is. In dit boek volgt Bas Haan de opvattingen van het O.M. vanaf 2003/2004 kritiekloos. Op vele plekken in het boek staan feitelijke onjuistheden, en zeer subjectieve conclusies. Geïnteresseerden treffen hier de opsomming van de subjectieve manier van werken van Bas Haan aan.

Hoewel de rechter bepaalde beperkingen heeft gesteld ten aanzien van hetgeen over "de klusjesman", Michael de Jong, in het openbaar mag worden gesteld is expliciet uitgesproken dat feitelijkheden wel mogen worden gepubliceerd. Als het dossier van de Deventer Moordzaak wordt bestudeerd, valt erg op hoe het onderzoeksteam, nadat Louwes een maand na de moord in beeld kwam, ieder onderzoek naar anderen, zoals deze klusjesman, heeft gestaakt. Er waren niet alleen nog vele open einden, maar uit de verschillende verhoren blijkt overduidelijk dat er meerdere keren onwaarheden zijn verteld door Michael de Jong en zijn vriendin over cruciale onderwerpen tijdens hun verhoor, zoals het alibi en de aankoop van een mes twee dagen na de moord. Dit stuk laat zien hoe het O.M. is omgegaan met het onderwerp "het alibi van Michael de Jong".

Zoals Ernest Louwes zelf heeft aangegeven, zal hij er alles aan doen om uiteindelijk een herziening te krijgen van zijn veroordeling. Niet alleen omdat hij onschuldig is, maar ook omdat wat hem is overkomen, blijkbaar iedereen kan overkomen. Slechts als het O.M., politie en NFI hun werk beter doen en bereid zijn om eigen fouten te erkennen en te verbeteren zal de rechtsstaat (weer) goed functioneren. Een onafhankelijke RevisieRaad, zoals in Engeland, zal daar een grote bijdrage aan kunnen leveren.